Stichting Geo Oss
 
 
 
 
 

EXCURSIES 2014


4 oktober 2014: Grindgroeve l'Ortye, Stein.
Jong Maasgrind met daarin voorkomende mineralen en fossielen. Deze excursie wordt georganiseerd door de NGV afdeling Limburg. Excursie start om 9.30 uur vanaf de parkeerplaats bij het nieuwe gemeentehuis, Stadhouderslaan 200 te Stein en duurt tot tot 12.30 uur. In verband met te weinig aanmeldingen is deze excursie vanuit Stichting Geo Oss geannuleerd!
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
september 2014: Garzweiler II
Helaas…in de pogingen om een excursie te organiseren naar de dagbouwbruinkoolmijn in Garzweiler - onder begeleiding van gids Ulrich Lieven - is uiteindelijk door de RWE (het bedrijf dat de exploitatie van de mijn doet) gemeld dat ze de openstelling/rondleiding ‘aus Kostengründen extrem reduziert haben’… Er is nog gesondeerd wat we zouden moeten doen om tóch nog binnen te komen, maar dat heeft niets opgeleverd.

Grind
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
22 juni 2014: Den Bosch
Het begon al op het station: terwijl er op de fietsende sportieveling gewacht werd, werden de eerste gigantische zeeleliefragmenten in de Franse Massangis kalkstenen kolommen gevonden. Nadat alle deelnemers gearriveerd waren werd in een mild zomerzonnetje koersgezet naar de Bossche binnenstad. Via de gabbro’s aan de Stationsstraat kwamen we bij de van Lanschotbank, waar de raamkozijnen van Belgisch hardsteen werkelijk spectaculaire hoeveelheden koraalfossielen uit het Onder-Carboon bleken te bevatten.

De Bosche Bollen smaakten weer heerlijk. Door een gezellig toeval bleek onze excursie samen te vallen met een koopzondag. We voelden ons aanvankelijk wel een beetje opgelaten terwijl we met onze boekjes van links naar rechts over de straat schoten, maar toen we de Markt eenmaal bereikt hadden waren we aan de vreemde blikken van het winkelend publiek gewend en deden we net of het zo hoorde. Nadat we in een zijstraatje van de Hinthamerstraat de ijzeroxidekringen in de Bentheimer zandsteen hadden gevonden veroorloofden we ons een bescheiden rustpauze en genoten we van Bosch lekkers op een terrasje.

Tijdens het vervolg van onze tocht wachtte ons een grote teleurstelling: het gepolijste vezelige grijsgroene mantelgesteente serpentiniet van Hinthamerstraat 63 bleek verdwenen achter een erg moderne maar geologisch gezien volstrekt oninteressante voorzetgevel. Terneergeslagen vervolgden wij onze tocht, maar veel werd goedgemaakt door de ontdekking van de Ettringer tufsteen aan de Sacramentskapel van de St.-Jan. En toen we na nog vele andere geologische prachtvondsten de scheve gelaagdheid zagen in de muschelkalk van het pand van V&D wisten we dat dit weer een geslaagde Geo-excursie was geweest!

Peter Stokman

Foto's zijn gemaakt door Jos Hoedeman
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
7 juni 2014: Winterswijk
Samen met de jeugdafdeling van Stichting Geo Oss, gaan we een van de bekendste steengroeves van Nederland bezoeken.

Let op: Aanmelding dient individueel te gebeuren vanaf zaterdag 4 mei 2014, via NGV afdeling Winterswijk.

De steengroeve in Winterswijk, nabij de buurtschap Ratum, is een dagbouwmijn waar voornamelijk kalksteen gewonnen wordt. De groeve is sinds 1932 in gebruik, en wel door de NV Winterswijkse Steen- en Kalkgroeve, en wordt tegenwoordig geëxploiteerd door de firma Ankerpoort. Van de drie groeves is nog één in gebruik. Dit is de laatste die hier nog kan worden geëxploiteerd. De productie bedraagt ongeveer 200 kton/jaar. De twee andere groeven zijn tegenwoordig beschermd als natuurgebied.

De kalksteen die gewonnen wordt, is afkomstig uit de Muschelkalk en is hier als dolomitische kalksteen ontwikkeld. De steen is vrij zacht. De kalksteen wordt vermalen en voornamelijk gebruikt in de wegenbouw (asfaltbeton) en in de kunstmestindustrie.

Het gesteente dat hier voorkomt stamt uit het geologisch tijdvak Trias en is gevormd tussen circa 240 - 236 miljoen jaar geleden in een ondiepe zee (gelijkend op de Waddenzee). Door een plooiing in het aardoppervlak en doordat er haast verticale verschuivingen in het oppervlak plaats hebben gevonden, liggen de oudere afzettingen hier hoger dan elders. Het betreffende gebied is slechts 2.800 meter lang, 200 meter breed en zo'n 40 meter dik en is bekend door de vondsten van fossielen en mineralen. De vondsten variëren van schelpen zoals Myophora tot botresten van vier soorten Nothosaurus (N. juvenilis Edinger, 1921; N. marchicus Koken, 1893; N. winkelhorsti Klein & Albers, 2009; N. winterswijkensis Albers and Rieppel, 2003 . Daarnaast komen verscheidene mineralen, zoals marcasiet, galeniet, calciet en het Winterswijks 'goud' pyriet voor.

Door het zeer rustige sedimentatiemilieu zijn diverse verschijnselen bewaard gebleven. Bekend zijn onder andere golfribbels, krimpscheuren en regendruppelputjes. Daarnaast zijn ichnofossielen van wormachtige dieren bekend en pootafdrukken van sauriërs. In de toplagen bovenop de kalksteen en dicht tegen het maaiveld zijn plaatselijk fraaie opdooiverschijnselen (cryoturbatie) waarschijnlijk daterend uit de laatste ijstijd, het Weichselien, te zien.

Grind
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
23 mei 2014: Marburg
Jaarlijks organiseerd Stichting Geo Oss een lang weekend wat te maken heeft met geologie en het zoeken naar mineralen en fossielen. Dit jaar stond Marburg op de planning. Dit is een plaats in de Duitse deelstaat Hessen, heeft een oppervlakte van 124,5 km² en ligt in het centrum van Duitsland, iets ten westen van het geografisch middelpunt. De stad ligt aan de rivier de Lahn en heeft een goed bewaard middeleeuws stadscentrum. Marburg geniet vooral bekendheid door zijn universiteit, de Philipps-Universität, die in 1527 de eerste protestantse universiteit ter wereld was.

Een groot en mooi cluster van selenietkristallen in het Mineralogisch museum van Marburg. Als eerste stond het Mineralogisch Museum te Marburg op het programma. Hier kregen we een rondleiding van Prof. Dr. Peter Masberg, die ons zeer veel kon vertellen over de aanwezige mineralen, gesteenten, meteorieten, het museum en de geschiedenis. Over verschillende verdiepingen stonden prachtige collecties op ons te wachten om te bewonderen. Bij elke vitrine werd er met veel aandacht geluisterd naar het verhaal van Peter Masberg, die over elk uniek stuk wel iets kon vertellen. Het is een omvangrijke verzameling van geologische vondsten die tot de 18e eeuw terug gaat. In het museum bevinden zich meer dan 50.000 mineralen, 55.000 gesteenten, 15.000 edelstenen en 150 meteorieten. De mooiste exemplaren worden getoond over 3 verdiepingen en de overige stukken liggen in de kelder van het historische museum. Aangezien we met zijn allen zo enthousiast waren, kregen we de unieke gelegenheid om ook nog een kijkje te nemen in de kelder. Hier stonden vele kasten, kisten die boordevol zaten met oude maar ook nieuwe exemplaren. En het meeste hiervan was nog netjes gesorteerd ook nog.

Nadat we Peter hartelijk bedankt hadden voor zijn fantastische rondleiding, zijn we in het centrum nog wat wezen eten en drinken om vervolgens een bezoek te brengen aan de Elisabethkirche, die tegenwoordig een evangelisch-lutherse kerk is en de eerste zuivere gotische kerk van Duitsland.

Een groot en mooi cluster van selenietkristallen in het Mineralogisch museum van Marburg.Het einde van de middag zat er bijna op, dus werd het tijd om naar ons Hotel Zum Stern in Rauischholzhausen te gaan. Het restaurant was nog gesloten daarom gingen een aantal van ons een rondje maken over het nabij gelegen slot van Rauischholzhausen. Hier heeft Ferdinand Eduard von Stumm gewoond, een afstammeling van een rijke industriële familie met o.a. ijzergieterijen. Na de wandeling konden we lekker buiten zitten bij het restaurant om aldaar te genieten van het lekkere eten en drinken. Het bleef nog gezellig tot in de late uurtjes.

Gerben Arts

Foto's zijn gemaakt door Gerben Arts
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
24 mei 2014: Marburg
Vandaag gingen we een drukke dag tegemoet. Er stonden verschillende activitieiten op de agenda waarbij we veel over de geologie van Marburg en de weide omgeving te weten zouden komen. Om 08:00 stond lokaal mineraloog/geoloog dr. Frank Wierich al bij ons hotel klaar om ons deze dag te begeleiden. Als eerste werden de geologische kaarten tevoorschijn gehaald om ons van alles te vertellen over de verschillende geologische lagen en bijzonderheden van het gebied.

Fossielen zoeken bij Haiger-Papiermühle. Als eerste reden we met de auto’s naar de plaats Haiger, wat ongeveer een uur rijden was. Aan de Hüttenstraße konden we in de wanden van jong Onderdevoon, Mandelner Schichten op zoek naar fossielen, brachiopoden, trilobieten etc. Maar natuurlijk kregen we eerst een geologische uitleg hoe deze gesteenten zich hier gevormd hebben. Iedereen ging vol goede moed aan de slag op zoek om een trilobiet van maximaal 1 cm te kunnen vinden. Helaas werden we op Haiger-Papiermühle niet beloond met de mooie vondsten die hier gedaan kunnen worden. Een aantal kinderen die hier ook ijverig aan het zoeken waren, hadden meer geluk en namen emmers vol met voor hun leuke stukken met verschillende fossielen mee naar huis.

Vervolgens reden we naar Langenaubach waar we de auto’s parkeerden in het bos bij het witte riviertje de Aubach. Dit riviertje is wit doordat er in de omgeving de Kaolin kleigroeve ligt. Dit is een groeve waar witte mineraalarme klei wordt gewonnen. Hier kregen we bij het wandelen langs de Aubach het geologisch Profiel van de typisch Lahn-Dill-Mulde-gesteente te zien, met daarbij het verhaal van het ontstaan van de verschillende lagen.

Oude groeve bij Erdbach met zijn karsten. Daarna reden we langs de groeve Medenbach, waar helaas niet gezocht mocht worden naar het Karst-Leerpad. Dit is een geologische route die begint in Breitscheid en eindigt in Erdbach. Het bijzondere aan dit gebied van Devonische koraalriffen is dat het riviertje de Erbach in het centrum van het karstengebied al sijpelend in een zinkgat verdwijnt. Vervolgens zak dit riviertje naar een 110 meter lager punt, 1.200 meter verderop waarbij die weer bij Erdbach met volle sterkte het daglicht ziet.

Nu werd het weer tijd om op zoek te gaan naar fossielen en dan met name trilobieten. Dit gingen we doen aan de Mühlweg te Erdbach aan de hellingen. Vrij snel werden hier de eerste fossielen gevonden en na een goed uur zoeken was er ook nog een mooie trilobiet gevonden van ongeveer 9 mm. Verder kwamen we nog 2 vuursalamanders tegen die zich verscholen hadden tussen het gesteente en kreeg Jan nog een steen tegen zijn gezicht, omdat een jongetje boven op de helling ging spelen. Hoewel hij zijn helm op had, werd deze dus net gemist. Nadat we een broodje op de parkeerplaats hadden gegeten gingen we naar de volgende locatie.

Nu stond de diabaasgroeve Trautvetter bij Steinperf op het programma. Dit is een klassieke vindplaats die bekend staat om zijn mooie roze calcieten, groene zinkblende en andere gerelateerde mineralen. Langs de weg die midden door de groeve loopt hebben we de auto geparkeerd en met onze rugzakken en uitrusting liepen we rond alf 2 vervolgens de groeve in naar beneden. Als eerste kregen we de roze calcietader te zien, maar op advies hier pas te gaan zoeken wanneer je terug zou lopen. Bij een vers gesprongen stuk hebben we gezocht naar de begeerde prehnieten en sfalerieten. Echter met maar weinig succes. Hoewel er leuke kleine stukjes calciet waren gevonden verspreide zich de groepen langzaam uit over de groeve.

In de Diabaasgroeve Steinperf aan het werk bij de roze calcietader. Een aantal op zoek naar de roze calciet, met mooie resultaten. De analciem werd wel gevonden, maar hier kon men niet bij komen in de wanden. Verder werd er elders in de groeve nog een aantal plekken gevonden met aardige prehnieten en mooie platen diabaas. Een aantal van ons is ondertussen ook terug naar de auto gegaan, omdat het te vermoeiend was. Ook werd er op een gegeven moment een mooie calcietader gevonden die 2 niveau’s lager nog de roze calcietader was. Echter was het te gevaarlijk om hier mooie stukken uit te halen, doordat er stukken van de wand braken. Na ongeveer 2,5 uur zoeken zijn we terug naar de auto’s gegaan en hadden de meeste de pijp wel leeg.

Daarna hebben we de groep in 2’en gesplitst en is een deel naar het hotel gegaan en de andere zijn naar diabaasgroeve Hartenrod gegaan. In het laagste niveau van de groeve aangekomen splitste iedereen zich op om op zoek naar naar de natrolieten en zinkblendes. Ondergetekende ging de groeve verkennen. Via een vers gesprongen gedeelte naar een hoger gelegen deel van de groeve gegaan om wanden te inspecteren en om mooie panormafot’s en video’s te maken. Niemand had eigenlijk iets noemswaardig gevonden, totdat ik mijn evenwicht verloor terwijl ik naar beneden liep over de vers gesprongen rotsen. Voor mijn neus lag een mooi stuk met rode hematietroosjes van ongeveer 5 mm groot. Toch voldaan liepen we naar de auto en konden ook wij naar het hotel.

’s Avonds nog heerlijk gegeten en natuurlijk nog lekker nageborreld. Ditmaal wel binnen, want vandaag was het behoorlijk afgekoeld in de avond.

Gerben Arts

Foto's zijn gemaakt door Joyce Arts-Beelen
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
25 mei 2014: Marburg
Zondag is de laatste dag van dit geologisch weekend. Vandaag hadden we dan ook nog een aantal geologische activiteiten op het programma staan, alvorens we richting huis zouden rijden. Als eerste reden we naar Besucherbergwerk Grube Fortuna bij Wetzlar.

Bij Besuchbergwerk Grube Fortuna in Solms-Oberbiel kregen we een rondleiding. De regio aan de rivieren de Lahn en Dill was tot ver in de 20e eeuw gekenmerkt door de winning van ijzererts en de verwerking hiervan. In 1983 sloot de mijn Fortuna in Solms-Oberbiel de deuren voor de ontginning van dit erts, dat terug gaat naar de Keltische periode. Nadat we allemaal een helm hadden opgezet kregen we een informatief gedeelte van de oud mijnwerker. Vervolgens liepen we de klassieke ijzerertsmijn in voor een rondleiding, zodat we de mijn in de oorspronkelijke staat konden aanschouwen.

Al lopend door de tunnel kwamen we aan bij de schacht. Van daaruit bracht de mijnlift ons zeker 150m dieper in de berg. Dit gaat met een aardige snelheid en kabaal en voordat we het wisten waren we beneden. Van daaruit gingen we met de mijnbouwtrein over een 450 meter lang trajet naar de mijnbouwsector, waar de mijnwerker ons de originele machines toonden en uitleg gaf over de werkprocessen en eigenaardigheden van de berg. De machines maakten een oorverdovend lawaai, door hun krachtige motoren. Toen was het weer tijd om terug te keren naar het zonlicht. Dus eerst met de trein naar de mijnschacht en vervolgens met de lift naar boven.

Op het terras hebben we ons nog eerst verwend met wat lekkers om vervolgens nog even in het museum te gaan kijken. Tevens is er een spoorwegmuseum van Fortuna, die we niet hebben bezocht. Maar toch kon niemand het laten om even naar de oude treinen van dit smalspoor te gaan kijken.

Unica steengroeve met zijn rode Lahnmarmer. Vervolgens reden we naar Villmar naar de Unica groeve. Dit is een van de meer dan 100 voorheen werkende steengroeves in de omgeving van Lahn. In deze verlaten steengroeve van Nassauischen Marmorwerke Dykerhoff & Neumann werd voornamelijk rode Lahnmarmer gewonnen met behulp van kabelzagen. Deze werkwijze leidde tot een in 2 opgedeelde terrassen met wanden van 6 meter hoog bij 15 meter lang. Doordat een deel van de wand in 2001 door studenten is gepolijst kregen we een goed en uniek driedimensionaal beeld van het stromatoporenrif wat in het Devoon ongeveer 419,2 tot 358,9 miljoen jaar geleden is ontstaan.

We keken hier onze ogen uit wat niet zo heel gek is, want over geheel de wereld is deze rode marmersoort zeer geliefd. Zo werd dit natuurproduct verwerkt in de brug van Villmar, de uitrusting van de Weilburger kasteel, de hal van het Empire State Building, het paleis van de Maharadja van Tagore, het hermitage van Sint Petersburg, het Kremlin in Moskou, Abdijkerk van Amorbach en in de Dom van Berlijn, Würzburg en Mainz. En natuurlijk in nog veel meer grafkisten en beelden die verspreid zijn over de aarde.

Aan alle leuke uitstapjes komt een eind, zo ook aan dit geweldige geologische weekend in de deelstaat Hessen van Duitsland. Het was nooit zo’n succes geweest als de organisatie niet van zulke goede gidsen, professoren en mijnwerkers had weten te regelen.

Gerben Arts

Foto's zijn gemaakt door Gerben Arts
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
4 mei 2014: Natuurwandeling De Maashorst
Zondag 4 mei 2014 trokken we met zo’n 20 man/vrouw naar het Natuurcentrum De Maashorst te Nistelrode. Het beloofde een zeer gevarieerde middag te worden. De wandeling van ca 5 km zou langs de Peelrandbreuk, de wijstgronden, de Roerdalslenk en het stuifzandgebied Bedaf leiden. Het ontvangst was prettig geregeld met een consumptie en zelfs een stukje taart van onze eigen vereniging.

Onze IVN-gids, André Rijpert, wist ons met een snelle PowerPoint presentatie alvast voor te bereiden op deze bijzondere wandeling. Vervolgens trokken we met fiets of auto 5 km verderop naar de Canadasweg bij speelboerderij Hullie vanwaar de wandeling startte.

De Peelrandbreuk
Via een simpel voetpad lopen we langs een weide en bereiken dan de breuk. De breuk is duidelijk te herkennen doordat het landschap daar middels een glooiing zo’n 5 m hoger ligt. Wij staan dus in de slenk en zien de horst. Het slootje waar we langs liepen zag er maar roestig uit. Dat werd keurig uitgelegd. Het water dat onder aan de breuk het slootje insijpelde, bevat veel ijzer dat zich als glauconiet(ijzerhoudend silicaat) heeft afgezet toen Nederland nog een onderdeel van een binnenzee was.

De breuklijnen in zuidoost Nederland. Het is duidelijk te zien dat de Roerdalslenk een relatief smalle strook is die ingeklemd zit tussen de Maashorst en het Kempenblok. De Peelrandbreuk is al miljoenen jaren oud. Het is een scheur in de Europese plaat die loopt van Roermond tot in Noord-Holland. De afschuiving gaat zeer geleidelijk en meet ongeveer 1 cm per eeuw. Het diepste punt is 200 m. Soms merken we daar iets van middels een lichte aardbeving op 15 km diepte: in 1932 te Uden en in 1992 te Roermond. In het landschap merken we dit hoogteverschil nauwelijks (bij Uden is dat 5 m) omdat in de loop der eeuwen het laag liggende deel volgestoven is met stuifzand uit het westen, voornamelijk vanuit de Noordzee toen deze droog lag.

We gaan grondboringen uitvoeren op het hoge en lage deel van de breuk. Als we heel goed kijken en het zand voelen dat naar boven wordt gehaald, is er een verschil. Boven vinden we het iets grovere zand dat afkomstig is van de Maas, toen deze nog over dit gebied stroomde. In het lage deel is het zand fijner (stuifzand).

De breuklijnen in zuidoost Nederland.Het is duidelijk te zien dat de Roerdalslenk een relatief smalle strook is die ingeklemd zit tussen de Maashorst en het Kempenblok.

Het Wijstverschijnsel
Wijstverschijnsel. Het grondwater wordt door het grovere zand van de Horst sneller aangevoerd dan het fijnere zand in het slenkgedeelte kan afvoeren. Er ontstaat een soort stuwing waardoor het hogere deel veel natter blijft dan je normaliter zou denken. We vervolgen onze weg, steken de Karperdijk over en belanden in een vochtig gebied. Nat, terwijl we op het hoge deel van de breuk staan? Ook dat wordt keurig uitgelegd. Zoals we al bij de grondboringen zagen, is er een verschil in korrelgrootte van het onderliggende zand. Het blijkt nu dat het grondwater door het grovere zand sneller aangevoerd wordt dan het fijnere zand in het slenkgedeelte kan afvoeren. Er ontstaat een soort stuwing waardoor het hogere deel veel natter blijft dan je normaliter zou denken. Dit noemen we het wijstverschijnsel. Via peilbuizen kunnen we het verschil in grondwaterstand zelf waarnemen.

We wandelen verder langs de weilandjes en het moerassige landschap waarbij de kleurige vegetatie op deze zonnige dag bijzonder opvalt. Onder andere zien we de Kale Jonker, de echte Koekoeksbloem en natuurlijk de Pinksterbloem, de Moeraswederik en de Dotterbloem. Ongemerkt zijn we in de Roerdalslenk terecht gekomen.

De Roerdalslenk
We hadden al geconstateerd dat er een slenk moest zijn. Welnu, als je op het kaartje kijkt bij de Peelrandbreuk zie je dat er nog een horst is gevormd: de of het Kempenblok. Daar tussenin ligt de Roerdalslenk, een strook van zo’n 25 km breed. Met een beetje fantasie kun je dan zelf bedenken dat de Peel een onderdeel is van deze slenk. Heel diep in de slenk (100 m) bevindt zich het oorspronkelijke zand dat aangevoerd is door de Maas. Door het geleidelijk zakken van de bodem is deze later opgevuld met stuifzand. De afwatering van dit gebied gaat via het riviertje de Aa, dat vanuit de Peel naar Den Bosch loopt.

We passeren nu de Leijgraaf, een watertje dat er uitziet als een beek, maar eigenlijk gegraven is om de afwatering van het gebied te bevorderen. Dat gebeurde al vanaf het jaar 1609. Het stroompje begint als een onooglijk slootje van een meter breed. Het stroomt bij Heeswijk-Dinther in de Aa als een volwaardige beek van 10 m breed. Tussen 1950 en 1960 is het water gekanaliseerd en van stuwtjes voorzien om de waterhuishouding beter te kunnen regelen voor het boerenland.

Bedaf
Routekaart voor natuurwandeling de bewegende aarde. Bedaf staat bekend om zijn enorme zandduinen. Natuurlijk, u weet dat ook wel: het is afkomstig als stuifzand uit de Noordzee. Toch hebben we maar half gelijk. De duinen zijn ontstaan door ontbossing waardoor de wind meer grip kreeg op het zand. Oorzaak: de mens. Deze heeft veel hout gekapt voor de huizenbouw en verwarming. Later werden er op de heide schapen gehouden. De boeren echter, hebben de heide afgeplagd vanwege de schapenkeutels om er hun land mee te bemesten. Dus kreeg de wind weer vat op het stuifzand.

We hebben een prachtige en leerzame wandeling gemaakt. We bedanken onze gids André. Deze was nog zo vriendelijk om ons een beschrijving van de wandeling en een routekaartje te overhandigen. Ik kan U aanbevelen deze wandeling ook eens (of nog eens) te maken. Het bijgevoegde kaartje kan u daarbij behulpzaam zijn.

Jos Hoedeman

Foto's zijn gemaakt door Rob Huussen
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
19 april 2014: Landelies
Vandaag stond er een excursie naar Landelies in België op het programma, om in groeve La Sambre te zoeken naar mooie en grote honingcalcieten. De opkomst viel behoorlijk tegen, waardoor we maar met 5 personen vertegenwoordigd waren. Joyce en ondergetekende vertrokken zelf naar Landelies, verder reden Jan, Jelco en Rob samen. Rond 08:45 kwamen we als eerste aan en 5 minuten later arriveerden ook de 3 anderen. Wat opviel was dat er een grote groep mensen met de auto’s de groeve in reden, maar de poort werd ook weer gelijk gesloten.

Op zoek naar mooie honingcalcieten in groeve La Sambre te Landelies in België. We pakten onze spullen, GoPro op de helm en gelijk aanzetten om de wandeltocht te filmen. Na een klein kwartier lopen kwamen we aan bij het plateau waar momenteel actief gewerkt wordt. Ten opzichte van de vorige keer in maart was er wederom een stuk gesprongen. Ieder zocht een mooi plekje op om in de rotsen te gaan breken op zoek naar de welbekende calcieten.

Het zonnetje scheen volop en het was dan ook snel warm genoeg om in een T-shirt te werken als je tenminste in de zon aan het werk was. Rob en Jelco waren aan het werk in een aardige holte waar mooie kristallen uit kwamen, maar verder dan deze holte hebben ze geen mineralen gevonden. Jan vond de ene na de andere holte met grotere kristallen. Maar deze zaten helaas in grote massieve blokken, waardoor het lastig was om ze mooi te bergen. Joyce en ondergetekende waren op een stuk aan het werk, waar veel aders doorheen liepen, maar dit waren vrij smalle aders. Hierdoor hebben we alleen maar kleine kristallen gevonden en geen grote holtes/aders met grotere kristallen.

Uiteindelijk heeft iedereen toch meer dan genoeg gevonden, waardoor de rugzakken en het steekwagentje met 2 kratten weer goed gevuld waren. Jan, Jelco en Rob gingen rond 15:15 naar huis toe, want ze hadden deze avond nog een aantal verplichtingen. De rugzak van Jelco was zo zwaar dat hij bijna door zijn knieën zakte. Joyce en ondergetekende besloten om nog even te blijven, omdat we op een paar leuke aders was gestuit met mooie platen vol kleine kristallen, met een olielaagje eroverheen, die alle kleuren van de regenboog had. Om half 5 hebben ook wij alle vondsten ingepakt en hebben we de groeve verlaten.

De echte mooie grote calcieten hebben we niet gevonden, maar het was weer een lekkere dag om te zoeken.

Gerben Arts

Foto's zijn gemaakt door Joyce Arts-Beelen.
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
22 maart 2014: grindhopen van Ubach over Worms
Onder een stralend zonnetje vertrokken we in de richting van Landgraaf, waar we ons tegen half tien meldden bij Miel Doumen, die ons zou inwijden in de geologische geheimen van Zand- en Grindgroeve ‘De Groot’. Na een duidelijke uitleg boven in de groeve, met goed uitzicht op de duidelijk te onderscheiden lagen van het miocene zilverzand, de grinden en de löss/grindlaag gingen we op zoek naar de typische voorbeelden waar de groeve om bekend staat.

Gezicht over de grindhopen van Ubach over Worms. Al snel werden de typische kiezeloölietjes gevonden. Moeilijker was het om de verkiezelde en door de Maas uit-het-krijt-gespoelde zee-egels te vinden. Maar ze waren er wel: een van de bezoekers vond een prachtig puntgaaf klein micrastertje. Ook heel bijzonder was het om de extreem verweerde silex te zien: soms was er nog slechts een vuurstenen kerntje te zien, omhuld door een brosse, brokkelige witte cortex van totaal verweerde silex.

Het was weer heel bijzonder en indrukwekkend om deze kleine mens-gemaakte ‘Grand Canyon’ rond te dwalen en de tastbare sporen te zien van de tientallen miljoenen jaren dat de natuur hier ongestoord haar gang ging. Ondertussen had het zonnetje plaatsgemaakt voor een regenbui en was het tijd geworden om weer op huis aan te gaan, zoals gebruikelijk moe maar voldaan, en geologische weer geheel aan onze trekken gekomen.

Met dank aan de NGV afdeling Limburg, en Miel Doumen in het bijzonder!

Peter Stokman

Foto's zijn gemaakt door Rob Huussen.

Meer informatie is te vinden in een artikel uit Grondboor & Hamer numnmer 5 uit 2007.
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *