Stichting Geo Oss
 
 
 
 
 

CLUBAVONDEN 2017


21 december 2017: Jaarvergadering
Zoals altijd willen we ook dit keer weer met jullie het afgelopen jaar de revue laten passeren: wat was leuk, wat kan beter, waar moeten we meer nadruk op leggen, waar minder. Welke ideeën & suggesties hebben jullie voor de organiseerders?

We willen het volgende bespreken:
• Welkom
• Terugblik afgelopen jaar door commissies + feedback donateurs
• Financieel jaarverslag (Gerben)
• Visie-ambitie voor Geo (Peter)
• Inventarisatie ideeën voor de toekomst (Allen)
• Hapje & drankje

Omdat een club als Geo drijft op het enthousiasme en de goede ideeën van de leden wil ik iedereen van harte uitnodigen voor aanstaande donderdagavond!
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
16 november 2017: David Nieto: Tasmanië
Deze avond geeft David Nieto een exclusieve lezing voor Stichting Geo Oss waar hij ons mee neemt naar zijn fantastische mineralentrip naar Tasmanië in 2016. Het hoofddoel van David was om als "specimen miner" o.a. 5 dagen lang in de wereldberoemde Adelaide Mijn te kunnen werken. Deze presentatie zal dan ook een goede indruk geven van het land en de mijnen die hij daar heeft bezocht. David heeft er veel voor over om o.a. te zoeken naar de mineralen Crocoiet, Gibbsiet, Dundasiet, Cerussiet en Pyromorfiet in Tasmanië, want hij heeft bijna 40.000 km afgelegd en twee keer 10 tijdzone doorkruist.

Daarnaast heeft hij ook een dagje vrij genomen om iets van de omgeving te zien én heeft David ook gewerkt in de Dundas Extended Mijn, Stichtite Hill groeve en Platt Prospect Mijn. The Dundas extendend mijn is een kleine mijn in de omgeving van de nu verdwenen stad Dundas. Het ligt op een fantastische locatie qua natuur en de mijn wordt door één man geëxploiteerd. De matrix is hier m.n. kwarts waardoor het veel moeilijker is om de breekbare crocoiet heel er uit te krijgen.

De Bruce's mijn op de Platt Prospect is beroemd om zijn pyromorfiet specimens met crocoiet er op. Het kleurcontrast maakt dit tot fantastische micromounts. De mijn was bij zijn bezoek al een poosje niet bezocht en overgenomen door de grootste spinnen (Tasmanian Cave Spiders) van wel 18 cm groot, die hij ooit heeft gezien!!!!

David Nieto buiten bij de Adelaide Mijn met een topstuk crocoiet wat hij zelf eruit heeft gehaald.
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
19 oktober 2017: Jacques Liska: Onsen & Vulkanen
Op de Geo-Oss clubavond van donderdag 19 oktober aanstaande zal Jacques Liska (trouw standhouder of de GeoSfeer) een voordracht houden met als titel "Onsen en vulkanen, tradities en geologie van Japan". In deze prachtig geïllustreerde lezing gaat Jacques in op de geologie van Japan, die de ‘onsen’ (hete bronnen) mogelijk maakt. Daarbij wordt ook aandacht besteed aan de twee zware aardbevingen van april 2016.

Kortom: geologie, geschiedenis en bad- en eetcultuur komen aan bod... en dat in willekeurige volgorde.

Beeld van een vulkaan.
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
21 september 2017: Ed Pieters: Thunderegg's
Op de Geo-Oss clubavond van 21 september 2017 zal Ed Pieters een verhaal houden over zijn zoektochten naar “Thundereggs”: ronde, ogenschijnlijk gewone stenen, die eenmaal doorgezaagd vaak spectaculaire vormen en kleuren laten zien. Ed Pieters zoekt al sinds 1980 naar Thundereggs. Hij heeft zelfs als een van de weinige Nederlanders in de Verenigde Staten nieuwe vindplaatsen ontdekt, waaronder het naar hem vernoemde ‘Eddy Bed’.

Tijdens zijn presentatie vertelt hij over thundereggs en zijn reizen, een en ander voorzien van spectaculaire foto’s. Ook neemt hij een aantal specimen uit zijn verzameling mee om ‘live’ te laten zien. Nóg mooier dan op een foto. Neem gerust ook uw mooiste thundereggs mee om te bespreken.

Diegenen, die een voorproefje willen hebben, kunnen zich al oriënteren op www.mineralcollecting.eu

Thunderegg's gevonden en bewerkt door Ed Pieters.
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
18 mei 2017: Ernst Burke: Granaten
In 2013 heeft de IMA Commission on New Minerals, Nomenclature and Classification de granaat supergroep nieuw omschreven. Die groep omvat nu 32 mineraalspecies, waarvan slechts 21 silicium als een van de hoofdelementen bevatten.

De eigenlijke “granaatgroep”, de mineralen met drie Si atomen in hun chemische formule, bestaat uit 14 mineralen. De bekendste daarvan zijn de zes “edele” granaten: pyroop, almandien, spessartien, grossulaar, uvaroviet en andradiet, met hun talrijke (kleur-)variëteiten.

Granaten zijn belangrijke mineralen op diverse gebieden, in de petrologie, als slijpmiddel en in juwelen. In de petrologie geven granaten belangrijke informatie over ontstaan en ontwikkeling van gesteenten in de aardkorst. Als slijpmiddel is granaat harder dan kwarts en minder gevaarlijk voor de gezondheid. Sinds de Oudheid worden granaten als sier- en edelsteen toegepast in voorwerpen en juwelen. In de vroege middeleeuwen was de granaat cloisonné techniek over de hele toenmalige wereld verspreid. Sinds de Victoriaanse tijd tot op heden zijn de Boheemse pyropen een gewilde siersteen.

Pyroop, Almandien, Grossulaar, Uvaroviet, Spessartien en Andradiet.
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
20 april 2017: Hans Steur: De wereld na de inslag van de meteoriet
Alweer 4 jaar geleden gaf Hans Steur een lezing over versteend hout voor Stichting Geo Oss en nu wordt het Paleogeen door Hans besproken. Dat is de periode na de grote klap aan het einde van het Krijt. De inslag van de meteoriet die er onder meer toe leidde dat de dinosauriërs uitstierven.

Het Paleogeen omvat het Paleoceen, het Eoceen en het Oligoceen: de eerste drie perioden van het Tertiair dus. In die tijd namen grote loopvogels de dominante rol van de roofdinosauriërs over. Vervolgens waren het de zoogdieren die de dienst uitmaakten.

Wat de flora betreft hadden de bloemplanten (de bedektzadigen) het glansrijk gewonnen van de naaktzadigen. Ook in zee veranderde de situatie grondig door het uitsterven van vele zeereptielen en ammonieten en belemnieten.

Diverse vindplaatsen komen aan de orde zoals de beroemde groeve Messel in Duitsland, het Bekken van Parijs en de Provence. Hans Steur neemt een collectie fossielen mee ter illustratie.

De Chicxulubkrater is het 180 kilometer brede restant van een meteorietinslag die ongeveer 65 miljoen jaar geleden heeft plaatsgevonden
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
16 maart 2017: Wim Bruines: fluorescentie & fluorescerende mineralen
Jaren geleden is Wim als jong ventje begonnen met zijn mineralen hobby. De start was voor hem meteen met fluorescerende mineralen toen zijn ouders hem op een regenachtige dag meenamen naar een mineralenbeurs in Zutphen, die als hoofdthema fluorescentie had. Hier had hij (natuurlijk) nog nooit van gehoord en net zoals bij alle andere kinderen maakte het een magische indruk op Wim. Dit gevoel heeft hem nooit losgelaten en zijn vader heeft toen ook snel een displaykastje voor Wim gemaakt waarin een 8W Blacklight TL-buisje was gehangen. Op de beurs had hij hier zijn eerste stukjes fluorescerende stenen gekocht voor een paar gulden (!!): Wernerite en Tugtupite (een aankoop waar ik achteraf echt superblij mee ben, wist toen nog niet wat tenebrescentie was).

Uiteraard groeide de hobby en de 8W kast werd na verloop van jaren echt te klein en de UVC mineralen waren toch ook wel aantrekkelijk geworden om te displayen. Na enig speurwerk een 2-tal UVC 11W PL-S buisjes gekocht en een 18W Blacklight lamp. De grootste speurtocht heeft Wim gehad naar het UV-filter. Inmiddels op de leeftijd dat Wim een online aankoop heeft gedaan bij Don Newsome (UVSYSTEMS.COM) en een aantal lange golf UV-filters en 1 kostbaar korte golf UV-filter uit Amerika heeft laten komen. Erg spannend in die tijd, toen waren internetaankopen nog lang niet zo'n gemeengoed als nu en al helemaal geen internationale aankopen. Gelukkig heeft Don hem toen goed geholpen en een week later had Wim ze in huis.

Na enig knutselwerk had hij hem klaar: zijn 1e zelfgebouwde UV-kast met UVC er in! Deze kast heeft hem toen jaren plezier gegeven en heeft in de loop der tijd wat cosmetische veranderingen doorstaan. Jaren later besloot Wim de hobby weer op te pakken en heeft zijn 2e fluorescentie kast gebouwd op basis van een transilluminator (wordt gebruikt in laboratoria).
Hier ontstond ook eigenlijk het idee om er serieus werk van te gaan maken en ze te gaan bouwen voor de verkoop. Daarnaast is het hebben van een draagbare uv-lamp onmisbaar om naar fluorescerende mineralen te zoeken in het veld. Colorgems heeft een breed assortiment draagbare lampen en bijbehorende accessoires. De kasten en lampen zijn te vinden in de webwinkel www.colorgems.nl.

De hobby had ook inmiddels zijtakken gekregen met het bewerken van ruwe mineralen in een trommelmachine en het zelf kunnen zagen en polijsten van edelstenen op zijn eigen zaag/slijp machine. Hij maakt hier nu ook sieraden en bied deze unieke stukken aan in zijn webwinkel www.colorgems.nl.

Een UV-kast van Wim Bruines met fluorescerende mineralen
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
16 februari 2017: Henk Jacobs: Agate Creek
Sinds 1989 is Henk verzamelaar van mineralen en fossielen, met als voorkeur agaten. Begonnen in de grindgaten van Tienray, Arcen en diverse grindgaten net over de grens in Duitsland. Later ging dit verder richting Idar-Oberstein en omstreken, Polen en verder diverse andere landen in Europa voor mineralen en fossielen.

In 2005/2006 had Henk een reis gepland naar familie in Nieuw Zeeland, toen hij op het idee kwam om ook Australië aan te doen en Agate Creek te bezoeken. De interesse voor Agate Creek werd nog extra aangewakkerd door het boek fossicking for Queensland agate, dat iemand voor Henk had gekocht op de mineralenbeurs van München in 2005, ook nog eens gekocht bij de auteur van dit boek sir Paul Howard.

Agate Creek heeft in totaal een oppervlakte van ongeveer 50 km2 en heeft tientallen verschillende vindplaatsen met anders gevormde en gekleurde agaten. Het landschap is Savanne-achtig en ligt in feite in een oude vulkaan. Henk zijn vakantie trip begon in december, dus hoogzomer in Queensland Australië. Uiteindelijk is hij tot op 100 km van Agate Creek gekomen, waar ze hem voor gek verklaarde om midden in de zomer Agate Creek te bezoeken. Temperatuur 40/45 graden, vliegen, muggen, spinnen, slangen en meer ongedierte.

Inmiddels is Henk 9x in Australië geweest, waarvan 7x in Agate Creek, maar nu wel in onze zomer en de Australische winter. Temperatuur is dan tussen 25 en 30 graden en s`nachts tussen 0 en 10 graden. Na of voor zijn trip naar Agate Creek bezoekt hij meestal een ander gedeelte van Australië i.v.m. zijn schitterende natuur en zijn uitgestrektheid.

Het zagen van zijn agaten doet hij zelf met een diamantzaag net als het slijpen en polijsten op een trilpan. Tevens trommelt Henk regelmatig kleinere agaten en reststukken, die hij dan weer verwerk tot sieraden. Al deze spullen zal hij tijdens de beurs bij zich hebben, grotendeels als eigen verzameling, maar ook voor de verkoop.

Henk Jacobs in Australië bij Agate Creek
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
19 januari 2017: Geo Oss Pub Quiz
Zoals ieder jaar knutseld Peter weer een mooie Geo Quiz in elkaar. Hierbij komen dan de thema's algemene geologie, paleontologie en mineralogie aan bod. Dit jaar gaan we het anders aanpakken door er ook een westrijdelement aan toe te voegen. Daarom hebben we besloten om een Geo Pub Quiz te houden, waardoor er dus actief tegen elkaar gestreden kan worden met de welbekende thema's.
In tien rondes met elk tien vragen (van belachelijk simpel tot pittig) reizen we in teams door alle aspecten van onze boeiende hobby, om aan het eind van de avond het glorieuze winnende team te kunnen huldigen.

We doen het voor de eerste keer op deze manier, en we verwachte een spannende, leerzame, maar vooral weer een gezellige avond!
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
 
 
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *